Weerstand statisch opmeten door te drukken op de ondergrond
Sonderen, de specialiteit van Geotechnica, gebeurt door middel van een stalen buis waarbij een conische punt met een bepaalde drukkracht de grond wordt ingeduwd. Tijdens het induwen wordt de weerstand geregistreerd. Hoe meer weerstand de grond biedt en hoe moeilijker het is om de conus de grond in te krijgen, hoe beter, stabieler of draagkrachtiger de ondergrond is. Uit de sondeerresultaten - en rekening houdend met de beschikbare geologische gegevens van het terrein - kan vervolgens de samenstelling van de ondergrond worden afgeleid.
Mechanische of elektrische - 10 of 20 ton sonderingen
Afhankelijk van de aard van de ondergrond en het project wordt er mechanisch of elektrisch gesondeerd.
Mechanisch sonderen (CPTM)
-
Registratie van de weerstand en totale wrijving wordt bovengronds gemeten.
-
Techniek is mogelijk in quasi elke ondergrond (behalve rots of gesteente).
-
Is dikwijls de meest kostenefficiënte oplossing.
Elektrisch sonderen (CPTE)
-
Registratie van de weerstand gebeurt door een elektrische conus die de ondergrondse plaatselijke wrijving meet.
-
Techniek is niet in iedere ondergrond mogelijk.
-
Elektrisch sonderen geeft nauwkeurigere resultaten dan mechanisch sonderen. Uit de combinatie van de conusweerstand en de plaatselijke wrijving kan de bodemsamenstelling vrij precies in kaart gebracht worden.
Hoe diep en met welke druk (100kN / 10 ton of 200kN / 20 ton) er kan gesondeerd worden hangt af van de draagkracht van de ondergrond en varieert van terrein tot terrein.
Aantal sonderingen
Om een beeld te krijgen van een bouwterrein voert Geotechnica bij voorkeur minstens drie sonderingen uit. Voor grote projecten wordt gemiddeld één sondering per 50 tot 200 m² uitgevoerd.
Steeds duidelijk sonderingsverslag
In het sonderingsverslag vindt de bouwheer, architect, stabiliteitsingenieur,… :
-
De resultaten van de sonderingen in grafiek- en tabelvorm.
-
Uit de sonderingen afgeleide bodemgesteldheid.
-
Informatie over de geologie van het terrein op basis van de beschikbare informatie.
-
De opmeting van het grondwaterpeil in de sondeergaten (indien mogelijk).
-
Tabellen met de uit de sonderingen afgeleide grondmechanische parameters. Deze tabellen worden ook aangeleverd als een Excel bestand.
-
Richtinggevend advies m.b.t. funderingen.
-
Enkele zettingsberekeningen voor strook-, zool- en/of plaatfundering.
-
Het grondniveau ten opzichte van een referentiepunt.
Op basis van het richtinggevend advies over de funderingen met de toelaatbare belastingen op de ondergrond, ontwerpt en berekent de architect of stabiliteitsingenieur de definitieve funderingen.
Toegankelijkheid terrein
Geotechnica voert bij voorkeur de sonderingen uit met een rupsvoertuig (4 lang – 2m10 breed – 2m65 hoog OF 6m lang – 2m50 breed –2m90 hoog). Het toestel wordt als tegengewicht gebruikt en levert de nodige druk op.
Indien het terrein niet toegankelijk is voor een rupsvoertuig, kan het sondeerwerk uitgevoerd worden met een draagbaar-demontabel sondeerapparaat dat door verankering in de grond de nodige druk kan opleveren. Kan geen van beiden, bijvoorbeeld in een ruimte met beperkte hoogte of een zeer hellend terrein, kan een dynamische of slagsondering uitgevoerd worden.